De molen is in 1899 op de huidige plek neergezet en is van het type zeskante stellingmolen. In Nederland zijn nog maar enkele molens van het type zeskant. Zeskant houdt de bouwwijze in (6 hoekspanten). Deze molens waren goedkoper in de bouw.

De molen is ouder dan 1899 want in 1818 is de molen gebouwd als stellingmolen in Zandeweer. Hij was toen rietgedekt en was ingericht als olie en pelmolen met 2 pelstenen en een olieslagerij met een tweetal oliekelders. De olieslagerij zat in een afzonderlijk gebouw tegen de molen. Deze molen was ongetwijfeld weer opgebouwd uit delen van andere molens, dit is in de huidige molen nog terug te zien in de legeringsbalk op de stellingzolder. Hier staat o.a. het jaartal 1741 ingekerfd. De laatste jaren in Zandeweer was de molen met zelfzwichting uitgerust. Dit betekent dat de wieken zijn voorzien van kantelbare kleppen die automatisch hun stand aanpassen aan de kracht van de wind. De molen is in 1899 verkocht aan Nanninga en van Veen uit Niebert. Hij verving een standerdmolen die voor 1628 gebouwd was en iets ten noorden van de huidige molen stond, schuin noord-oostelijk achter de schuur van het molenhuis. De standerdmolen is in 1895 gesloopt.

De molen zoals hij tussen 1819 en 1899 in Zandeweer stond voordat hij naar Niebert verhuisde. Getuige deze foto op een glasplaat van omstreeks 1895. (Beschikbaar gesteld door Dhr. Poppen www.bdpoppen.nl)
Zo zou de oude standertmolen er uit kunnen hebben gezien. (geen werkelijke foto).
Foto rond 1900. De grote hoop takken wijst erop dat de molenaar tevens bakker is.
Foto voor 1940 met de oude zelfzwichting.

J. Nanninga had een gecombineerd bedrijf van molenaar en bakker.
De huidige molen werd in 1899 in opdracht van J.H. Nanninga weer opgebouwd door molenmaker U. Holman uit Stroobos.

Lange tijd was de molen nog uitgerust met zelfzwichting. In 1940 werden dat Dekkerwieken met zelfzwichting en dwarskleppen. Aangenomen wordt dat dit gebeurde nadat men een stel tweedehands roeden afkomstig uit Kootstertille op de molen had gezet. De houten kleppen van dit zelfzwichting systeem liggen nog ter bezichtiging in de molen.

In 1965 is de molen gerestaureerd door molenmaker Dijk uit Leek en is de zelfzwichting verwijderd en op 11 januari 1966 is hij weer officieel in gebruik genomen. Na deze restauratie raakte de molen langzamerhand weer in verval. In de beruchte najaarsstorm van 13 november 1971 trad er enorme schade op. Het was een zuidwesterstorm met windkracht 11. Doordat de kap met de wieken de verkeerde kant op stonden kreeg de wind er vat op en waaide de kap gedeeltelijk van de romp. Gelukkig bleef hij op een wiek op de stelling staan en viel hij niet naar beneden. Hij is later met een kraan weer op zijn plaats gezet.

Foto omstreeks 1940 met het nieuwe Dekker-systeem.
De molen tijdens de opening in 1977, na de restauratie.

Op 9 april 1972 kocht de gemeente Marum de molen van A. B. Hilhorst die vanaf 1961 eigenaar was. Zij deed dat om het voortbestaan van de molen veilig te stellen. In de jaren 1975 en 1976 restaureerde de fa. Alserda de molen. Op 7 mei 1977 werd de molen weer officieel geopend.

Vanaf 1971 was Eppie Broekema molenaar op deze molen. Hij heeft er voor gezorgd dat de molen werd gerestaureerd en werd tot wat hij nu is. Een maalvaardige goed onderhouden molen waar Groningen trots op mag zijn. Eind 2011 is de molen in eigendom van het Groninger Landschap gekomen en is er een team gevormd van vrijwilligers,
zowel molenaars als molengidsen die de molen in bedrijf houden en bezoekers rondleiden.

In het echt zien hoe de molen werkt?
Kijk gauw bij de bezoekersinformatie!

Lees ons nieuws op facebook: